Ik heb 31 eindexamenkandidaten vmbo aardrijkskunde en ik heb zojuist de eerste correctie gedaan van m'n eigen leerlingen. De leukste, meest verassende of schokkende antwoorden heb ik voor je verzameld. Feit is dat ze soms de vraag niet begrepen lijken te hebben of dat ze slecht lezen en ze soms echt(!) maar wat opschrijven ... Hieronder een greep uit de gegeven antwoorden:
Q: Geef de reden waarom juist Nederland betrokken is bij de maatregelen (dijken, vloedkeringen, pompen en andere voorzieningen) die de Amerikaanse overheid in het gebied van New Orleans neemt.
A: Door de baan van Katrina zou de hurricane misschien wel kunnen keren naar Nederland en daar alles verwoesten. Nederland wordt er daarom ook bij betrokken.
Q: Het duingebied langs de Noordzeekust wordt ernstig bedreigd door de verzilting. Noem eerst de menselijke oorzaak van deze verzilting en daarna op welke wijze dit leidt tot verzilting.
A: Als mensen gaan zwemmen in de zoute zee en daarna rond gaan lopen bij de duinen komt daar meer zout terecht als ze zich niet goed hebben afgedroogd.
Q: De tekst in bron 18 is positief over het Zuid-Anatoliëproject. Er worden alleen voordelen genoemd. Noem twee nadelen voor het gebied stroomafwaarts van de stuwdammen.
A: Het water word er minder vruchtbaar door.
Q: Geef twee nadelige gevolgen van bevolkingskrimp voor de leefbaarheid in deze plattelandsregio's.
A: Grond verslechterd. Er komen minder geboortecijfers.
But then again, als dit alles is. En dat lijkt het gelukkig. Verder ben ik best tevreden over het gemaakte werk van mijn leerlingen. Dit jaar was er een nieuw, voller en moeilijker examenprogramma en hebben ze niet overal complete onzin opgeschreven. Dat vind ik tof. Nu nog even wachten op de n-term. Keep you updated.
Zojuist ook de eerste correctie economie gedaan. En bij één vraag kwam ik ook leuke antwoorden tegen:
Q: Guatemala produceert koffie van goede kwaliteit. Gelukkig heeft Guatemala geen monocultuur. Wat is voor een land het nadeel van het hebben van een monocultuur?
A1: Alleen de staat mag dingen bepalen en heeft de macht.
A2: Een groot deel van de omzet moet naar de overheid.
A3: Er is maar één persoon die alles bepaalt in een land en daar hebben anderen dus niks over te zeggen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten