Q: Leg uit dat de ligging van een hogedrukgebied eraan heeft bijgedragen dat de bosbranden weken konden aanhouden?
A: (harde) wind wind, omdat die wind steeds zuurstof toevoegd aan het vuur waardoor het niet uit gaat.
Q: Guangzhou en Shanghai. Ze liggen beide aan zee. Geef een reden waarom de ligging aan zee voor deze steden economisch gunstig is.
A: Veel mensen gaan naar het strand en op vakantie naar de kust. Toerisme is hoog.
A: Omdat daar stranden zijn waar toeristen dol op zijn.
Q: Welk verband bestaat tussen de afnemende watertoevoer door de Nijl naar de Nijldelta en het brak worden van het water in de monding van de Nijl?
A: Het is allebei niet goed.
Q: Zeeland was in 2012 het meest vergrijsd en Flevoland het minst. Geef eerst een oorzaak waardoor Zeeland het meest vergrijsd was. Geef daarna een oorzaak waardoor Flevoland het minst vergrijsd was.
A: Zeeland is het meest vergrijsd omdat Nederland in het zuiden het eerst bevrijdt was, iedereen ging daar naar toe en zijn nu oud.
A: Zeeland had eerder een babyboom dan Flevoland omdat zeeland in 1944 was bevrijd.
Q: In 1975 kwamen veel Surinamers naar Nederland. Geef de reden waarom veel migranten uit Suriname juist in dat jaar naar Nederland kwamen.
A: Doordat we kolonies werden.
A: De oorlog was over dus iedereen ging terug naar zijn families.
A: Omdat er toen veel slavernij was in Suriname.
Q: Stel dat er besloten wordt om de grondwaterstand in de woongebieden bij Burgh-Haamstede te verlagen. Noem twee maatregelen waardoor de grondwaterstand verlaagd kan worden.
A: Er moet een dijk komen, of de huizen moeten daar weg.
A: Klei veranderen in zand
Q: Geef een argument waarom het verlagen of verwijderen van kribben past in het beleidsplan Ruimte voor de Rivier.
A: Zodat gebieden niet te ver onder NAP komen te liggen.
A: Het zoete en zoute water mengt zich dan niet met elkaar.
Q: Door menselijk handelen is de rivier de Huang He nog geler geworden. Noem een voorbeeld van dit menselijk handelen waardoor het water in de Huang He geler is geworden.
A: Dat het goed gaat met de economie, want ze kunnen handelen en geld verdienen.
A: Meer rotzooi in zee gegooid zoals giftige stoffen, boten ontlasten hun viezigheid in de zee en dat stroomt door.
Q: Geef een nadeel van een irrigatiekanaal als je het vergelijkt met vervoer van water door pijpleidingen.
A: het is oneerlijk verdeeld.